Will Power is er volgend jaar weer bij als de IndyCar Series haar eerste jaar ingaat met IZOD als titelsponsor. De Australiër blijft bij Team Penske, deze keer voor het volledige seizoen in de derde auto. Team Penske maakt hier de kans nog groter mee dat ze volgend jaar voor het eerst sinds 2006 weer kampioen worden.

“He was very fast and who knows what the guy could do with a full season and starting off the right way with all the pre-season testing,” zegt Powers concurrent Scott Dixon, die ook niet gemist heeft hoe goed Will Power afgelopen seizoen was. “He’s obviously very talented and showed it with the short time he was in last year and the year before (with KV Racing Technology). Last year, the races he did helped out the team and made it tougher for us.”

Afgelopen augustus brak Will Power tijdens de training voor de Indy Grand Prix of Sonoma zijn rug toen hij in een blinde bocht tegen de gespinde auto van Nelson Philippe op klapte. Beide coureurs liepen hierbij vrij zware verwondingen op, maar zijn alweer hard op weg naar volledig herstel. Op dat moment reed Will Power een gedeeltelijk seizoen voor Team Penske in een derde auto, nadat hij in de eerste race van het seizoen Helio Castroneves verving.

Voordat Will Power in 2005 zijn debuut maakte in de hoogste klasse van de Amerikaanse autosport – voor zover je de ChampCar World Series dat nog kon noemen in de laatste jaren van dat kampioenschap – wist iedereen al dat hij veel talent bezat. William Stephen Power maakte op vijftienjarige leeftijd zijn debuut in het Australian Formula Ford Championship, waar hij tegen coureurs streed die inmiddels in het V8 Supercars-kampioenschap rijden zoals Rick Kelly en Will Davison. Power sloot dat seizoen als zevende af, maar een jaar later won hij meerdere races en werd tweede in het kampioenschap.

Dit succes gaf Power de kans om in 2002 aan het Australian Drivers’ Championship deel te nemen. Dit kampioenschap heeft een lange geschiedenis waarin naast Will Power, ook Mark Webber, David Brabham en Scott Dixon zijn uitgekomen. Nadat het in 1957 als Formule Libre in het leven geroepen werd, heeft het vele formules gekend, waaronder Formule 1, Formule 2, Formule 4000, en de formule waar Will Power mee won, de Formule Holden. Tegenwoordig wordt er met Formule 3-reglement gereden.

Datzelfde jaar deed hij mee aan de Australische Formule 3, maar ondanks dat hij de helft van zijn races wist te winnen, ging James Manderson er dankzij vier deelnames meer met de titel vandoor. Will Power vertrok hierop in 2003 naar Europa.

In 2004 kreeg Power de kans de Formule 1-auto van Minardi te testen. Paul Stoddart en de Australian Grand Prix Corporation hadden hem dit toegezegd als hij een jaar in de Britse Formule 3 zou rijden. In Vallelunga testte Power samen met Will Davison de PS04B.

Twee jaar Brits Formule 3 maakten de weg vrij voor een stoeltje bij het grote Carlin Motorsport in de World Series by Renault. Power won twee races en eindigde in de première van de A1GP tijdens de tweede race als tweede achter Nelsinho Piquet. Dat seizoen zou hij echter niet afmaken in de World Series by Renault, want Team Australia bood Power de kans aan zijn ChampCar-debuut te maken tijdens de Australische ronde van het Amerikaanse kampioenschap. Team Australia was een van oorsprong V8 Supercars-team, maar eigenaar en miljonair Craig Gore kocht voor 2005 aandelen in Walker Racing, nadat hij in 2004 zijn V8-rijder David Besnard tijdens de Lexmark Indy 300 in Surfer’s Paradise bij het team had gesponsord. Ondanks een goede kwalificatie en race kwam Will Power niet aan de finish, dankzij Alex Tagliani die zijn debuterende teamgenoot uit de race reed.

Will Power tijdens de Dutch ChampCar Grand Prix in 2007 - © Paul Benckhuijsen

Will Power tijdens de Dutch ChampCar Grand Prix in 2007 - © Paul Benckhuijsen

Marcus Marshall, de vaste Australische teamgenoot van Tagliani, had het hele seizoen al teleurgesteld. Een gebrek aan ervaring kostte hem uiteindelijk zijn plaats bij het team waarna Will Power zijn plaats bij Team Australia tot eind 2007 zou innemen.

Tijdens het laatste jaar van de ChampCar World Series won Will Power de openingsrace in Las Vegas en de Grand Prix of Toronto.

Toen in 2008 bekend werd dat voor het eerst sinds 1995 de ChampCar en IndyCar Series weer één zouden zijn, maakte Team Australia, en daarmee Will Power, snel de overstap naar KV Racing Technology. Derrick Walker, die dolgraag met zijn team terug wilde naar de IndyCar Series, zat zonder grote sponsor, en moest het seizoen noodgedwongen uitzitten. 2009 zou voor hem wel de terugkeer in de Indy Racing League betekenen, maar dit was slechts een gedeeltelijk seizoen in de Firestone Indy Lights met IndyCar-coureur Justin Wilsons jongere broertje Stefan Wilson, in een samenwerking met FIRST Motorsports.

KV Racing T12JH4108-4814echnology had van de voormalige ChampCar-teams de zaken het beste voor elkaar. Oriol Servià eindigde als negende in het kampioenschap, terwijl zijn teamgenoot als twaalfde eindigde. Hoewel Will Power als derde in het Rookie of the Year-kampioenschap eindigde, had Servià deze kunnen winnen als hij niet door de IRL vanwege zijn extensieve ervaring in de CART Series niet als rookie aangemerkt werd, ondanks een eerste seizoen in de IndyCar Series.

Tijdens de winter na de reunification werd echter duidelijk dat de Surfer’s Paradise Indy voorlopig geen vervolg zou krijgen omdat de organisatie van de race vast wilde blijven houden aan een oktoberdatum voor 2009, waar de IRL het seizoen al voor die tijd in de Verenigde Staten af wou sluiten. Craig Core trok hierop zijn sponsoring van Will Power in de IndyCar Series terug, waardoor KV Racing genoegen moesten nemen met de iets minder talentvolle Mario Moraes die wel een grote sponsor meebracht. Oriol Servià en Will Power moesten opzoek naar een nieuw team of een grote sponsor, maar konden dit niet vinden.

Rond dezelfde tijd werd bekend dat Team Penske-coureur Helio Castroneves door de Amerikaanse belastingdienst vervolg zou worden voor belastingontduiking. De Braziliaan zou miljoenen dollars tussen 1999 en 2004 door hebben gesluisd naar een Nederlandse bankrekening. Hierop werd in januari 2009 Will Power aangesteld om de taken van Castroneves waar te nemen. Zolang Castroneves bezig was met de rechtszaak, kreeg Will Power de kans de number 3 car te testen en te racen. Dit kon dus betekenen dat Will Power het seizoen in die auto af zou maken, maar ook dat hij al voor de eerste race van het seizoen weer werkloos kon zijn. Power motiveerde zijn beslissing door te stellen dat het beter was zich in de kijker te rijden bij de teams en sponsoren door voor zolang het kan te rijden in een topwagen, dan een zeker seizoen voor een slecht team te rijden en maar zelden op te vallen.

Het seizoen begon niet bijzonder goed voor Will Power. In St. Petersburg startte en eindigde hij op de zesde plaats, terwijl teamgenoot en landgenoot Ryan Briscoe vanaf de vierde startplaats de race won.

De tweede race dat seizoen vond op Long Beach plaats. Op de vrijdag werd Helio Castroneves in Miami vrijgesproken door de jury, waarop hij besloot meteen naar Los Angeles te vliegen om in Long Beach aan de race deel te nemen. Roger Penske’s Grand-Am1RMC2372-5542-team volgde Castroneves naar Long Beach en zou voor Will Power de number 12 car prepareren. Verizon zou de wagen sponsoren, net zoals ze voor de Grand-Am-auto van de crew deden. Met deze auto, waar Power amper in gereden had, pakte hij meteen de pole en eindigde de race als tweede achter de latere kampioen Dario Franchitti.

Iedereen was blij voor de vrijspraak van Castroneves, zo ook zijn vervanger, ondanks dat het ook betekende dat Power klaar was bij Team Penske. Roger Penske en president van de raceteams Tim Cindric konden nog wel een derde auto voor hem inzetten voor de Indy 500, maar wat er daarna gebeurde wisten ze niet, Power kon maar beter met andere teams gaan praten.

Achter de schermen was Team Penske echter bezig sponsoren te zoeken voor die derde auto van Power. Verizon sponsorde die auto graag voor die twee races omdat het geen extra geld voor een crew kostte, die betaalden ze immers toch wel voor de Grand-Am, maar de rest van het seizoen was geen mogelijkheid. Roger Penske vond echter een sponsor in een van zijn eigen bedrijven, Penske Truck Rental. Dit stelde het team instaat Will Power nog vijf races in de derde auto te laten rijden, tijdens weekenden waarop de Grand-Am-crew geen werk te doen had. Toronto was al een klein succes dankzij een derde plaats, maar de daaropvolgende Canadese race in Edmonton wist Power te winnen. Hoewel het officieel aangemerkt wordt als zijn eerste overwinning in de IndyCar Series, is het nog steeds niet duidelijk of zijn overwinning in Long Beach een jaar eerder ook een IRL IndyCar Series-overwinning is, aangezien deze ChampCar-race onder Indy Racing League-sanctie verreden werd. Kentucky was een minder succes, maar in Sears Point mocht Power er weer bij zijn. Roadcourses liggen Power erg goed, dus de verwachtingen waren hooggespannen. Zijn ongeval met Nelson Philippe gooide echter roet in het eten.

Volgend jaar mag Will Power dus weer laten zien wat hij waard is. Verizon Wireless keert terug als hoofdsponsor voor Power, maar zal ook op Penske’s auto’s in de IZOD IndyCar Series en Penske’s NASCAR-coureurs Brad Keselowski en Justin Allgaier te zien zijn,als onderdeel van een meerjarig plan dat Team Penske’s decenniaoude hoofdsponsor Phillip Morris (Marlboro) uiteindelijk zal vervangen.

Verizon is een grote onderneming in de Verenigde Staten, hun rentree als hoofdsponsor in de bijna honderd jaar oude raceseries is dus een positief signaal, zeker nadat IZOD niet lang daarvoor al hun samenwerking met de IndyCar Series hebben opgewaardeerd. Ook betekent het aanstaande vertrek van Phillip Morris dat coureurs die jonger dan achttien jaar zijn deel kunnen nemen aan races in het voorprogramma van de IZOD IndyCar Series, mits Phillip Morris daadwerkelijk uit de series verdwijnt, want op het moment is alleen zeker dat Phillip Morris minder geld in Team Penske zal steken, en dat ze geen toegangskaarten meer op zullen kopen voor races om deze aan hun klanten weg te geven. Op de korte termijn zal dit dus negatief voor de sport zijn, maar op de langere termijn zal een volledig vertrek de deur openen voor coureurs die nu nog te jong zijn om aan de supportraces deel te nemen.

Voor Team Penske is het voor het eerst sinds 1994 dat het team weer het gehele seizoen drie wagens inzet. Dat jaar waren het Emerson Fittipaldi, Paul Tracy en Al Unser Jr. die voor Team Penske reden. Dit was niet zonder succes, het team won bijna alle races dat seizoen, waaronder de Indy 500, en Little Al won het kampioenschap, voor Fittipaldi en Tracy.

“It’s not every day that you have an opportunity like we have to put three proper programs together with your three very capable drivers,” zegt Tim Cindric. “All the moons aligned for us, and we feel obviously that this is a great opportunity for all of us.”

08SP5060-9078Gezien Powers prestaties van het afgelopen seizoen mag Scott Dixon inderdaad verwachten dat het voor zijn team nog moeilijker zal worden om voor het derde jaar oprij kampioen te worden. Power heeft laten zien dat Team Penske de juiste keuze maakte toen zij hem presenteerde als vervanger van Castroneves, en heeft het team niet teleurgesteld toen Roger Penske zijn eigen geld gebruikte om Power nog een aantal races cadeau te geven.

In zijn IndyCar rijden zit er binnenkort ook weer in voor Power. “It’s to a point where in a couple of weeks I’d be able to get back in a car though I have to get fit enough to drive a car, which I don’t think I’ll be up to full fitness until January.”

Met Ryan Briscoe, Helio Castroneves en nu ook Will Power, heeft Team Penske een trio waarvan alle coureurs voor het kampioenschap kunnen gaan. Castroneves doet dat al jaren, al heeft hij nooit het geluk gehad om het ook daadwerkelijk te winnen, en Briscoe heeft vorig jaar definitief zijn imago van brokkenpiloot van zich af weten te schudden, waardoor de top drie van het kampioenschap volgend jaar zomaar uit drie Penske-coureurs bestaan kan bestaan, net als in 1994.

(foto’s eigendom Indy Racing League, tenzij anders aangegeven)