Dit jaar werd er voor het eerst sinds 1984 weer een Formule 2-kampioenschap gehouden. De FIA wilde een goedkoop en aantrekkelijk alternatief voor de GP2, waar een goed stoeltje al gauw meer dan een miljoen euro kost. In de Formule 2 ligt die prijs vijf keer zo laag, plus,niet onbelangrijk, de FIA steunt het kampioenschap enorm. De top drie van het kampioenschap krijgt een superlicentie, de winnaar een Formule 1-test bij Williams, ontwerper van de Formule 2-bolide. In het eerste jaar van de Formule 2 ging de titel naar de ervaren coureur Andy Soucek, die maar liefst zeven overwinningen pakte in zestien races. MotorRacingBlog.nl brengt een blik op het eerste Formule 2-seizoen van deze eeuw.

We zullen elke coureur, alle 27 die dit jaar reden, persoonlijk bij langs gaan, aan de hand van hun positie in het kampioenschap. Te beginnen met Andy Soucek. De Spanjaard was, zoals gezegd, erg dominant met zeven overwinningen. Zijn seizoen begon echter slecht met een uitvalbeurt voor eigen publiek in Valencia. In race 2 maakte hij het goed met een vierde plaats, en in Brno zou hij zijn eerste zege van het jaar scoren, om de rest van het seizoen geen enkele race meer buiten het podium te finishen, op de eerste race in Spa-Francorchamps na, toen hij vierde werd. Soucek wist snelheid dus uitermate goed met consistentie te combineren en pakte zo als in Imola de titel, drie races voor het einde.

Tweede in het kampioenschap werd Robert Wickens, een van de drie Red Bull-coureurs die in de Formule 2 was geplaatst. De Canadees domineerde het eerste weekend in Valencia met twee pole-positions en twee overwinningen, maar stond sindsdien nog slechts drie keer op het podium. Zijn seizoen werd gekenmerkt door slechte starts en dat hielp hem allerminst in de titelstrijd.

Toch bleek het voldoende te zijn om vice-kampioen te worden, want voor Mikhail Aleshin en Mirko Bortolotti (de nummers drie en vier uit het kampioenschap, en tevens van de Red Bull-stal) floreerden ook door inconsistentie. Beide rijders wisten wel een race te winnen, en wisten bij vlagen ook hun potentie te tonen, maar vooral Bortolotti toonde aan nog niet de juiste consistentie te hebben.

Julien Jousse had eigenlijk hetzelfde probleem als zijn twee voorganger: op een goede dag was hij snel, wat zijn pole-position en overwinning op Donington Park ook bewezen, maar voor de rest miste de Fransman consistentie om serieus mee te doen om te prijzen, evenals Tobias Hegewald. De Duitser leek zich in Spa, waar hij als enige coureur dit jaar beide pole-positions, overwinningen en snelste ronden in een weekend pakte, te meten met de top, maar miste daarna de snelheid om echt voorin mee te doen.

Indrukwekkend was wel Kazim Vasiliauskas. De jonge Let had er nog geen volledig seizoen in de autosport opzitten, maar combineerde in 2009 een jaar Formule 2 met de Formula Palmer Audi, waarin hij vice-kampioen werd. Vasiliauskas toonde zijn talent al met een derde plaats in de openingsrace van het seizoen en zijn hoogtepunt kwam in Imola, waar hij de eerste race won. Vasiliauskas is zeker een coureur om rekening mee te houden in 2010, wanneer hij zijn ervaring kan gebruiken om zijn snelheid beter te benutten.

Philipp Eng, achtste in het kampioenschap, viel eigenlijk een beetje tegen. De Oostenrijker won in het verleden de BMW World Finals, en na zo’n prestatie mag toch wel verwachten dat iemand mensen als Hegewald en Vasiliauskas kan verslaan. Dat lukte hem echter niet, mede door enkele incidenten waar hij bij betrokken raakte. Een zege was er wel, op Brands Hatch, maar voor de rest kwam hij niet verder dan twee derde plekken. Het zal in 2010 dan ook taak zijn om te bewijzen dat zijn titel in de BMW World Finals niet zomaar kwam.

Miloš Pavlović had al GP2-ervaring voor hij de sprong naar de Formule 2 waagde, maar wist bij BCN Competición eigenlijk nooit te overtuigen. De Servische rijder toonde in de Formule 2 echter weldegelijk over enig racetalent te beschikken en imponeerde vaak met sterke races. Voorin deed hij niet mee, maar hij was zeker een vaste waarde in de top tien en stond zelfs twee keer op het podium (tweede in Spa, derde in Imola). Titelkandidaat zal Pavlovic nooit worden, maar het is zeker een coureur die volgend jaar, als hij Formule 2 blijft rijden, punten kan afsnoepen van de coureurs die wel om de titel strijden.

Nicola de Marco eindigde als tiende in het kampioenschap. De Italiaan viel in de eerste race nog in negatieve zin op door gele vlaggen te negeren terwijl er een auto midden op de baan stond en een andere coureur in te halen (hoewel hij hier niet voor bestraft). Deze achterlijke actie maakte hij gedurende de rest van het seizoen echter meer dan goed door aan te tonen aanvallend te kunnen rijden en sterke inhaalraces te rijden. Nu nog beter kwalificeren en die eerste overwinning komt er wel.

De nummers elf tot en met zeventien uit het kampioenschap worden over enkele dagen behandeld, gevolgd door een post over de nummers achttien tot en met 27.

(bron foto: www.formulatwo.com)

——————————

Deel 1 | Deel 2 | Deel 3