Er wordt veel geschreven over de richting waar de Formule 1 opgaat: de nieuwe V6-turbomotor zou qua geluid helemaal niets zijn vergeleken met de V12’s van vroeger en eerder dit jaar zei Ferrari dat het volgend jaar wel eens lastig kan worden qua brandstof. Er mag dan maar honderd kilo brandstof in een race worden gebruikt, terwijl teams nu ongeveer 150 kilo gebruiken. Is de kritiek terecht?

Laat ik maar meteen het antwoord geven: nee. Autosport, hoe leuk we dat ook met zijn allen vinden, draait historisch gezien maar om één ding: dat de autofabrikanten kunnen laten zien wat ze in huis hebben. Met teams die in het dagelijks leven drankjes verkopen aan de top, lijkt die relevantie ver te zoeken, maar de nieuwe reglementen richten zich vooral op de motor, en daar zijn nog wel degelijk fabrikanten bij betrokken: Ferrari, Mercedes, Renault en vanaf 2015 Honda.

Zaken uit de autosport zijn altijd erg relevant geweest voor de straatauto. De stalen remmen uit je straatauto? Afkomstig uit de autosport (hier smokkel ik even, want deze komen uit Le Mans, niet uit de Formule 1). Actieve ophanging? De veiligheid van de constructie van de auto? Technieken die in de Formule 1 zijn geleerd en al dan niet via de FIA terechtgekomen bij de autofabrikanten of Europese Unie. Bovendien is de efficiëntie van de intensive care-afdeling van een Londens ziekenhuis zelfs gebaseerd op de pitstopervaringen van McLaren.

KERS, zoals Williams die had ontworpen, is nu ook op straatauto’s te vinden. Weliswaar in het duurdere segment waarin Porsche actief is, maar toch, de techniek heeft haar weg naar de straatauto’s gevonden en het lijkt slechts een kwestie van tijd voor dat beetje energie dat een straatauto genereert ook weer opgevangen en gebruikt kan worden. Zuinigheid, daar draait het in de ontwikkeling van nieuwe auto’s om. Niet alleen de auto van u en ik, maar ook die in de sport.

Het probleem is dat de relevantie een beetje verdwenen is de laatste jaren. Leuk en aardig die veiligheid, maar dat hebben we wel gehad – om het even bot te zeggen. HANS zullen we niet snel in een straatauto vinden. En de aerodynamica, ik verwacht niet dat ik over drie weken een DRS voor mijn Daewoo Matiz op mijn verjaardag mag verwachten. Mocht ik deze overigens wel krijgen, stop ik per direct met deze blog en ga ik de rest van mijn leven heen en weer rijden over de snelweg.

Het zal iedereen wel bekend zijn dat het tegenwoordig (wat straatauto’s betreft) gaat om zuinigheid, efficiëntie en milieuvriendelijke auto’s. Nu heb ik weinig verstand van technische zaken, dus of een V6-turbomotor hier allemaal aan voldoet, weet ik niet. Wat ik wel weet, is dat honderd kilo brandstof in een race een bijzonder mooi streven is. De motorfabrikant die het beste met die nieuwe regel om kan gaan, doet zijn reputatie ontzettend veel goed. Het geeft immers het vertrouwen dat de toekomstige straatauto’s ook zuinig zullen zijn.

Die zuinigheid is overigens niet alleen belangrijk waar het gaat om het milieu. Voor de portemonnee is het natuurlijk ook bijzonder fijn.

Wie denkt dat de Formule 1 draait om brullende motoren en zo snel mogelijk van A naar B komen, heeft het mis. Daar draait de sport niet om. Het is niet voor niets dat veel steden de nieuwe Formule E voor elektrische auto’s ontzettend graag verwelkomen en de Formule 1 niet in de buurt willen hebben. Waarom? Het is de toekomst. Misschien dat de huidige auto’s inderdaad nog lang niet milieuvriendelijk zijn (zoals het verhaal gaat over de Toyota Prius), maar de eerste computers waren ook zo groot als een woonkamer, en kijk waar we nu zijn.

Het klinkt voorlopig nog als een doemscenario, maar het lijkt me zeker niet onrealistisch dat de Formule 1 wel eens vervangen kan worden door de Formule E als de Formule 1 er niet voor weet te zorgen weer relevant te worden. En ja, misschien rijden we over twintig jaar wel met elektrische auto’s in de Formule 1, met een KERS die de accu’s tijdens het rijden weten op te laden. Aan de teams om ervoor te zorgen dat die auto’s ook zo hard mogelijk gaan.

P.S. Ja, ik weet dat de foto bovenaan van de Formule E is. Niet zonder reden.